Meer bewegen levert het land geld op

Sporten en bewegen is goed voor je fysieke en mentale gezondheid. Uiteindelijk profiteert de hele maatschappij van gezondere inwoners. Dit inzicht is voor gemeenten een sterk argument om te investeren in sport en beweging.

Dit is artikel 2 in een serie over fysieke inactiviteit in Nederland. De andere artikelen lees je hier:

 

pexels-kampus-production-8941650

Om de gezondheidsdoelen van het Nationaal Preventieakkoord te halen (in 2040 voldoet 75% van de bevolking aan de beweegrichtlijnen), moeten Nederlanders uit alle leeftijdscategorieën de komende 15 jaar meer gaan bewegen. De basis voor een leven lang sporten en bewegen wordt het best gelegd in je jeugd. Een omgeving waarin bewegen voor kinderen en jongeren leuk en vanzelfsprekend is, maakt het makkelijker om die gezonde gewoonten een heel leven lang vol te houden.

Wat zijn de kosten en opbrengsten van sport?

Voor beleidsmakers is het waardevol om te kunnen aantonen dat investeren in sport en beweging zin heeft, niet alleen voor de individuele gezondheid van inwoners, maar voor de maatschappij als geheel. Adviesbureau Rebel en het Mulier Instituut hebben de maatschappelijke kosten en opbrengsten van sporten en bewegen vergeleken. De conclusie? Investeren in sport loont.

 

De totale kosten van sporten en bewegen komen in het onderzoek uit op € 9,6 miljard (meetjaar 2020) en zijn gebaseerd op uitgaven door de Rijksoverheid, gemeenten, bedrijven, sportaanbieders en -deelnemers. Ook de inzet van vrijwilligers is hierin meegenomen.

 

De opbrengsten zijn berekend op basis van het aantal Nederlanders dat voldoet aan de beweegrichtlijnen en de sociaaleconomische waarde van sporten en bewegen. Die sociaaleconomische waarde volgt uit geschatte opbrengsten van bijvoorbeeld de besparing op zorgkosten en de hogere arbeidsproductiviteit als gevolg van een goede gezondheid. In 2020 bedragen de totale opbrengsten voor Nederland € 25,8 miljard.

Afbeelding van Sport- en cultuurkaart-15-07-026

Social Return on Investment

De Social Return on Investment (SROI), het sociaal rendement, is een manier om de maatschappelijke waarde van maatregelen te bepalen door de kosten en de opbrengsten te vergelijken. Bij een SROI hoger dan 1 is er sprake van maatschappelijke meerwaarde.

Opbrengsten van sport 2,7 keer zo hoog als kosten

Rebel en het Mulier Instituut komen uit op een SROI van 2,7. Dat wil zeggen: de maatschappelijke opbrengsten van sporten en bewegen zijn 2,7 keer hoger dan de kosten. Het gaat hier om landelijke data. De SROI per gemeente varieert, maar overal zijn de opbrengsten hoger dan de kosten (SROI van 1,8 tot 3,55). De tool van het Kenniscentrum Sport & Bewegen geeft inzicht in de lokale SROI van jouw gemeente.

 

De SROI van 2,7 is nog een voorzichtige schatting. Er is vooral gekeken naar de gezondheidsvoordelen van sporten en bewegen. De voordelen voor onder andere sociaal kapitaal en plezier hebben in het huidige model geen waarde in euro’s. Ter vergelijking: in België kennen SROI-onderzoekers een jaarlijkse waarde van € 4.373 per persoon toe aan mentaal welzijn en sociaal kapitaal. Dat bedrag is een stuk hoger dan de € 1.500 tot € 2.000 aan totale jaarlijkse opbrengsten per persoon waar we momenteel in Nederland mee rekenen.

Sport- en cultuurkaart-15-02-002

Wat levert meer bewegen ons op?

De maatschappelijke waarde van een kind of jongere die aan de beweegrichtlijnen gaat voldoen, kan oplopen tot € 74.000 over de rest van zijn of haar leven. In de eerste plaats profiteert voor die persoon zelf hiervan. Een betere lichamelijke gezondheid betekent een hogere kwaliteit van leven en minder zorgkosten, ondanks een kleine toename in het aantal blessures door sport.

 

Jongeren die sporten doen het bovendien beter op school, wat weer kan leiden tot een betere baan in de toekomst. Hoewel hier in de Nederlandse SROI nog geen geldwaarde aan toe is gekend, behoren ook meer plezier, een sterker sociaal netwerk en een beter mentaal welzijn tot de opbrengsten van sporten en bewegen.

 

Werkgevers hebben baat bij minder ziekteverzuim en een hogere arbeidsproductiviteit als gevolg van sporten en bewegen. Die verhoogde arbeidsproductiviteit betekent ook meer inkomstenbelasting voor de overheid. Naast de afname van zorgkosten zijn voor gemeenten en de maatschappij de sociale effecten belangrijk: minder criminaliteit, verbeterde leerprestaties en meer sociaal kapitaal.

 

Gemeenten kunnen deze informatie gebruiken om het sport- en beweegbeleid, en de noodzaak van investeringen hierin, beter te onderbouwen. Gemeenten spelen een sleutelrol in het stimuleren van een leven lang sporten en bewegen voor iedereen, waarmee ze bijdragen aan een gezonde en welvarende maatschappij.

Kom ook in beweging

Wil je meer weten of verder praten over hoe je beweging kunt stimuleren in jouw gemeente? Roderick Wijsmuller en Jordi van Herk vertellen je graag meer over het Meedoen Activatie Platform van Groupcard.

 

Neem vrijblijvend contact op.